Selecteer een pagina

*gedicht

Oud en nieuw

Oud en nieuw

Aan het eind van dit jaar ben Jij het wie ik uitnodig en rond laat kijken in mijn zielenhuis. Waar Jij gaat dwarrelt stof van opgedroogde tranen. Je ziet verwaarloosde letters achteloos in een hoek geschoven, alsof het woord liefde niet meer nodig is, vreugde...

Lees meer
Van de dichter en de lezer

Van de dichter en de lezer

Dat je niet meer durft, een woord na een woord, dicht op elkaar, zodat de lezer verbaast, zich haast om keer naar keer, blij of droef, getroost te worden, of desnoods boos het uit briest, om de waarheid die hem hard in het gezicht slaat; Maar dat de lezer toch niet de...

Lees meer
Wakker de dag in mij aan

Wakker de dag in mij aan

Doe opgaan Jouw zon van ontferming. Breek door het grijs van mijn dagen. Verkruimel mijn betonnen vermoeidheid, doe instorten al wat mij ziek maakt. Rek Je uit als een mens na diepe slaap, omspan hemel en aarde in al Jouw glorie. Dring door in de zielen van mensen als...

Lees meer
Wegkruipen in Jou

Wegkruipen in Jou

Terwijl de angstdromen om mij heen jagen, kruip ik, in mijn bangste uur zo diep mogelijk weg in Jou. Het huilen van hun wind hoor ik, maar geen zuchtje voelbaar van wat zij mij willen aandoen. Zolang het duurt blijf ik in Jou verstopt en laat me wiegen tot er rust en...

Lees meer
Vragender Veen

Vragender Veen

Achter mijn gesloten lippen verdrinken de zinnen in het trage moeras van mijn vermoeidheid. Gedachten blijven onuitgesproken en lossen op in een mistig vergeten. Langzamerhand leer ik wat eenmaal afgezonken is niet meer op te willen vissen uit de gistende massa van...

Lees meer
Ontferming

Ontferming

Mijn ogen, ik sla ze op, naar de hemel waar Jij woont. Mijn ogen, ik sla ze neer, gericht op de aarde volg ik Jouw voeten, Mijn ogen, ik keer ze naar binnen, waar Jouw Geest geruisloos in mij beweegt. Jij mij opmerkzaam maakt, op de zachte streling van Jouw...

Lees meer

‘…als ik de ruimte van de poĆ«zie binnenstap, voel ik de grootste vrijheid om uit te drukken wat aan de rand van mijn zwijgen in taal te vinden is. Vaak ademen de gedichten verlangen naar de Eeuwige, die ik Jou noem. Ik nader en het ontglipt.’

Janneke